Station Delft-Zuid wordt het eerste treinstation in Nederland dat volledig in zijn eigen energie kan voorzien.
Het station wordt verbouwd en krijgt een dak van zonnepanelen. Strukton is verantwoordelijk voor de bouw van de kap, inclusief zonnecellen en de aansluiting op het energienet.
Het treinstation in Delft maakt onderdeel uit van het project Rijswijk-Rotterdam, dat eind vorig jaar aan Strukton gegund is. Vandaag heeft staatssecretaris Stientje van Veldhoven (Infrastructuur en Waterstaat) samen met de gemeente Delft en spoorbeheerder ProRail officieel groen licht gegeven voor de start van de werkzaamheden op het station.
“Met de verbouwing- en de overkapping van het station slaan we twee vliegen in één klap: reizigers op het perron verregenen straks niet meer en het station wordt door het dak, dat in feite één groot zonnepaneel wordt, volledig energieneutraal. Delft Campus loopt straks voorop op weg naar de duurzame toekomst van ons land!” – Staatssecretaris Van Veldhoven
Project Rijswijk-Rotterdam
De verbouwing is onderdeel van een groter project dat het station geschikt maakt voor de spoorverdubbeling tussen Rijswijk en Delft. Hierdoor kunnen tussen Rotterdam en Den Haag, een van de drukste spoorverbindingen van ons land, straks 14 treinen per uur gaan rijden. Reizigers in beide richtingen kunnen dan om de paar minuten de trein nemen. Dit is nodig om de grote groei van het aantal reizigers in voornamelijk de Randstad aan te kunnen.
Toegankelijk station
Het nieuwe station Delft Campus wordt door de komst van liften straks ook toegankelijk voor reizigers met een beperking. Reizigers die geen trap kunnen lopen, moeten nu nog omreizen. Door de aanleg van een tunnel voor fietsers en voetgangers wordt de Technische Universiteit Delft ook beter bereikbaar, een langgekoesterde wens van de studenten en medewerkers van de universiteit. Het duurzame station moet in 2023 zijn opgeleverd. De kosten voor het dak van zonnepanelen bedragen 2,4 miljoen euro. Hiervan neemt de gemeente Delft 1,8 miljoen euro voor rekening. De rest wordt bijgelegd door de Rijksoverheid.
Dit bericht is gebaseerd op de berichtgeving van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat