Op het spoor gaat veiligheid voor alles

Voordat ik aan het werk ga, meld ik me altijd eerst aan bij de verantwoordelijke veiligheidsfunctionaris. Ik vraag om een veiligheidsinstructie, dat is ook belangrijk. Van waar tot waar is het spoor buiten dienst? Ook doen mijn collega’s en ik altijd een LMRA, een laatste minuut risicoanalyse. Weet ik wat voor werk ik moet doen? Heb ik de juiste documenten? Heb ik de juiste gereedschappen en de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen? Is mijn werkplekomgeving veilig? Als het antwoord op een van die vragen ‘nee’ is, ga ik niet aan de slag. Dan overleg ik met de uitvoerder en de leider werkplekbeveiliging (LWB) over welke maatregelen ik ga nemen om te zorgen dat het wel veilig is. Het is belangrijk dat alles klopt, pas dan kan ik starten.

Elkaar aanspreken

Mensen die achter een bureau werken, denken er waarschijnlijk niet over na of hun werkplek veilig is. Dat is geen onderwerp en dat is logisch. Op het spoor speelt dat natuurlijk wel een rol. Ik ben blij dat dat bij Strukton Rail van groot belang is. We spreken elkaar erop aan, daar is de cultuur ook naar. Als ik zie dat een collega geen helm draagt, zeg ik er wat van en dat accepteert die ander dan ook. We houden nu ook anderhalve meter afstand van elkaar. Het gaat immers om je gezondheid. Roken, ook zoiets. Als iemand bij mij in de buurt een sigaret opsteekt, vraag ik of-ie een beetje bij me vandaan gaat staan, want ik kan niet tegen rook.

Alles moet goed

Veiligheid op het spoor gaat niet alleen over de gezondheid van mij en mijn collega’s, maar ook over die van treinreizigers. Voordat we een spoor weer in dienst geven, moeten we heel zeker weten dat alle onderdelen van het treinbeveiligingssysteem goed werken. Daar hebben we een methode voor: het acceptatieprotocol oftewel ACP. Bij een sein bijvoorbeeld meten we kabels, richten het sein, meten de voedings- en seinspanning, regelen de lampenspanning en testen de seinkleuren. Pas als het sein in functie naar behoren werkt, wordt het spoor in dienst gegeven. Machinisten moeten erop kunnen vertrouwen dat alles op en rondom het spoor veilig is en het doet. Daarom is het zo belangrijk om alle onderdelen te testen. 

Voldoende tijd

Het liefst zou ik al die testen doen zonder dat er een deadline in mijn nek hijgt, maar dat is nu eenmaal niet zoals het werkt in de spoorwereld. We werken vaak met grote buitendienststellingen van drie dagen of langer. Dan moet het spoor meestal op maandagochtend om 5 uur weer in dienst zijn, zodat de dienstregeling zonder vertraging kan starten. Voordat het spoor in dienst wordt gegeven, werken mijn collega’s en ik met man en macht om alles op tijd klaar te hebben. We testen seinen, wissels, overwegen en het spoor. Op zich is er voldoende tijd gecalculeerd om dat allemaal te doen, maar we zijn ook afhankelijk van andere disciplines binnen Strukton Rail. Als er nog materieel op het spoor rijdt, kunnen we het spoor niet instellen, dat kan alleen als het vrij van materieel is. Uiteindelijk komt het goed. Dan is het wachten op de eerste trein. Mocht er onverhoopt toch nog een storing optreden, dan staan er twee monteurs paraat om die direct te verhelpen.

100 procent

Ik kan me maar één voorval herinneren waarbij ik zelf een storing heb veroorzaakt. Tijdens een buitendienststelling is onze werkplek spanningsloos. Maar voordat die buitendienststelling begint, moeten we alles voorbereiden. Ik had in een relaiskast een moertje laten vallen, dat kwam precies tussen twee linken. Door dat moertje maakten die contact met elkaar, waardoor de overweg dicht ging. Gelukkig zag ik wat het probleem was en kon ik het snel oplossen. Maar het maakte wel duidelijk dat ik in mijn werk altijd goed moet nadenken over wat ik doe en wat de gevolgen ergens van kunnen zijn. Dus dat doe ik dan ook: ik neem mijn werk heel serieus, ik wil dat het 100 procent klopt.